Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En dit zijn de hoofden van het [5]landschap, die te Jeruzalem woonden; (maar in de steden van Juda woonden, een iegelijk op zijn bezitting, in hun steden, [6]Israel, de priesters, en de Levieten, en de [7]Nethinim, en de kinderen der [8]knechten van Salomo). 5. Of, der provincie; versta Judea, zijnde te dien tijde als een provincie onder het Perzische gebied. 6. Hierdoor verstaan sommigen die van Juda, gelijk 2 Kron.21:2. Anderen verstaan sommigen van de tien stammen, die zich der religie halve, bij Judea gevoegd hadden; zie 1 Kron.9:3. 7. Zie Ezra 2:43. 8. Zie Ezra 2:55.